De onbereikten bereiken
Reisverslag van het bezoek aan Sicilië van 26 februari tot en met 2 maart 2018
Daar staan ze. Mannen met een donkere huid. Afkomstig uit verschillende landen. Uit Kameroen, Eritrea, Nigeria, Darfur, Sierra Leone. Hoewel ze verschillend zijn van afkomst, hebben ze één ding gemeen. Aandachtig staan ze te luisteren naar Daniël. Allen met een geopende Bijbel in de hand. Dankzij het Bijbelverpreidingswerk van Voice of Hope hebben allen een exemplaar mogen ontvangen. Inmiddels zijn er reeds meer dan 60.000 exemplaren, voornamelijk Engelstalige, onder de vluchtelingen verspreid.
Ze drinken zijn woorden in als water. Zijn woorden? Nee, hier worden geen woorden van een mens maar Gods Woord gebracht. Vol vuur citeert hij, met exacte vindplaats erbij: “Zo is dan het geloof uit het gehoor, en het gehoor door het Woord Gods”, Romeinen 10:17. Eenvoudig en krachtig legt hij de boodschap van zonde en genade aan het hart. Boete en berouw zijn noodzakelijk. Om als een zondaar door het geloof tot Christus te vluchten. Daniel sluit af met gebed. Samen zingen we nog een gezang.
Enkele dozen met meegebrachte kleding worden dankbaar ontvangen. Past deze broek mij? Nee, iets voor jou. De mannen lopen weer weg. Maar niet voordat ze enkele woorden van dank gesproken hebben. En een handdruk mag niet ontbreken. Dankbare ogen kijken je aan.
Zomaar in een dorpje op Sicilië. Net buiten een vluchtelingenkamp op een parkeerplaats.
Eén van de vele indrukken die we tijdens onze week op Sicilië opdeden. ’s Maandags maakten we onze vliegreis vanuit Nederland naar Sicilië. Na een ietwat harde landing op Trapani reden we door naar ons verblijf in Palermo, de hoofdstad van dit eiland. Enkele indrukken willen we graag met u delen.
Dinsdag 27 februari
Dozen sjouwen is onze warming up voor deze ochtend. Dozen met Bijbels, gesponsord door de Gereformeerde Bijbelstichting, dozen met kleding, die met financiële ondersteuning door het Deputaatschap Bijzondere Noden van de Gereformeerde Gemeenten daar gebracht zijn.
We rijden door het prachtige landschap naar Custonaci. In een voormalig hotel bezoeken we onze eerste groep. Pakken rijst worden klaargelegd. Daniel maakt er een klein beetje een wedstrijdje van. Wie het eerst komt, wie het eerst maalt. Na enige tijd zit er een groepje mannen aandacht te luisteren naar het verhaal over de verloren zoon uit Lukas 15. Ook deze mannen zijn ver van huis. Ook deze mannen hebben heel wat achter gelaten. Veel rijkdom hebben ze echter niet meegenomen. Wat zou er in hun hoofden omgaan?
De verloren zoon kwam tot zichzelf en mocht uit genade de goede keuze maken: “Ik zal opstaan en tot mijn vader gaan, en ik zal tot hem zeggen: Vader, ik heb gezondigd tegen den Hemel, en voor u”. We spreken met hen over de noodzaak tot inkeer, bekering en terugkeer tot God. Aan het eind krijgen ze nog een eenvoudige vertelling van Bunyans ‘the pilgrims progress’ mee. Een jonge jongen uit Eritrea kijkt dankbaar en buigt. Ook hier is het Woord weer gezaaid.
Vervolgens rijden we door naar een kamp met bijna alleen maar vrouwen. Buiten schijnt de zon en enige tijd later zitten we met een aantal vrouwen met wat kleine kinderen op het toch ietwat koude dakterras. Ook hier wordt de boodschap van berouw en geloof verkondigd. Het beantwoorden van de vragen is wat lastiger. Kunt u niet Frans spreken? Wij spreken Frans! Maar wie brengt hen de Bijbelse boodschap in het Frans? Wij zijn deze taal niet machtig…
Hierna gaan we even uitwaaien aan het prachtige strand van San Vito Lo Capo. Palmbomen met trossen dadels, hagelwit zand, azuurblauwe zee. Heerlijk. Als we ons kopje koffie op hebben, roept de arbeid weer. We rijden naar Valderice. Op een parkeerplaats vlak bij een vluchtelingenkamp wachten we tot er een groep mannen verzameld is. Het zijn de mannen waar we dit verhaal mee begonnen. Aan het eind mogen zij ook kleding uitzoeken die we hebben meegebracht.
Woensdag 28 februari
Vandaag hebben we een aardige rit voor de boeg. Naar Collesano. Het oude hotel – wat overigens in zijn glorietijd luxueus genoemd kan worden – ligt boven op een berg. Aangekomen stappen we uit. Een koude stevige bries laat ons weten dat de winter ook hier zeker niet voorbij is. In Nederland worden de schaatsen uit het vet gehaald, maar ook hier krijgen we een staartje van de Siberische wind mee. In deze verblijfplaats is geen verwarming. Maar dat mag niet deren.
Een groepje van zo’n twintig man – Bijbel onder de arm – komt vrij snel opdagen. Ze zetten zich rondom de tafel. Actief zoeken ze in hun Bijbeltje naar Jesaja 53. Sommigen kunnen het zelf, anderen hebben nog wat meer tijd nodig. Het noemen van een paginanummer versnelt het zoekproces. Ook hier mag de Evangelist van het Oude Testament weer klinken.
“Doch het behaagde den HEERE Hem te verbrijzelen; Hij heeft Hem krank gemaakt; als Zijn ziel Zich tot een schuldoffer gesteld zal hebben, zo zal Hij zaad zien, Hij zal de dagen verlengen; en het welbehagen des HEEREN zal door Zijn hand gelukkiglijk voortgaan.”
Wat een rijkdom en een zegen te weten dat Gods werk doorgaat, ook onder deze vluchtelingen. Serieus, met ernst luisteren ze. Jas aan. Muts op. Halverwege komt de kampleiding een heater brengen. Eén van de mannen gaat de haard aanmaken en opstoken. Daniel vraagt wat het betekent om een echte christen te zijn. ‘To be Christlike’, is het antwoord. We hebben het over de vruchten van het oude en het nieuwe leven n.a.v. Galaten 5. De oude zonden en gewoontes worden bestraft. Roken, vechten, stelen. Heel concreet. Sommigen voelen zich aangesproken en sputteren wat.
We eindigen bij de vruchten van de Geest. Ik zie dat de man naast mij Jesaja 55 vers 1 & 2 onderstreept heeft. Na afloop vraag ik hier even naar. Hij geeft aan dat hij hier dan over kan mediteren. Deze mannen hebben tijd. Heel veel tijd. Wat een zegen als ze deze tijd mogen benutten om in hun gekregen Bijbel te lezen en hierover te mediteren.
Na een slordige twee uur breken we op. De Italiaanse leiding van het kamp is heel welwillend. Eén van hen ontvangt nog een Italiaanse Bijbel. We rijden weer terug naar huis.
’s Avonds is er Bijbelschool. Midden in Palermo staat deze Free Bible School. Palermo is een prachtige stad. Architectonisch kijk je je ogen uit. Het Italiaanse klimaat is vriendelijk. Tussen de straatjes, groentekraampjes en bakkertjes is het een drukte van belang. Scootertjes racen de straten door, auto’s toeteren. Enig temperament kunnen we deze Sicilianen niet ontzeggen. En auto’s zonder deuken kom je bijna niet tegen. Maar naast het vriendelijke karakter kent ook deze stad duistere kanten als alcohol, drugs, prostitutie en maffia.
We mogen met een aantal trouwe bezoekers nadenken over Numeri 21 en Johannes 3.
“En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, alzo moet de Zoon des mensen verhoogd worden; Opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.”
De boodschap van zonde en genade, dood en leven klinkt ook nu weer. De mannen luisteren aandachtig en stellen goede vragen. Eigenlijk draait het om de vraag ‘hoe kan ik rechtvaardig zijn voor God?’. Het was ook die vraag die Spurgeon in zijn jonge jaren bezighield toen hij op een winterse dag in Gods voorzienigheid onder een prediking kwam waardoor hij in zijn verloren toestand op Christus leerde zien. ‘Wendt U naar Mij toe, wordt behouden, alle gij einden der aarde! want Ik ben God, en niemand meer.’ Wie gebeten is door de slang en zich om eigen schuld verloren weet, heeft maar één mogelijkheid tot behoud: door het geloof op Christus zien.
Daniel heeft een grote bak rijst gekookt met een typisch Afrikaanse saus erbij. Gezelligheid en saamhorigheid is ook belangrijk. Met elkaar smullen we van deze maaltijd. Ook op deze dag is het zaad weer gezaaid.
Donderdag 1 maart
Een lange tocht hebben we voor de boeg. De langste van deze week. Tweeëneenhalf uur naar Mineo. Onderweg genieten we weer van de prachtige natuur. Het weer is inmiddels heerlijk. De wind is gedraaid en wat zanderig geworden – een woestijnwind. En dat maakt dat het ineens zo’n 18 graden is. We genieten op de heenweg en de terugweg van de grootheid van Gods schepping. Bomen vol sinaasappels – de oogst is inmiddels in volle gang -, velden met artisjokken, bomen volop in bloesem en een besneeuwde Etna op de achtergrond. In één woord: prachtig.
Aangekomen in Mineo doemt een heel groot kamp voor ons op. Maar liefst 7000 vluchtelingen bivakkeren hier. Een groot dorp met huisjes, hek eromheen, pantservoertuig en twee soldaten voor de deur. De sfeer is overigens vriendelijk. Het duurt even, maar dan komt er een stroom op gang. Uiteindelijk staan we hier met een slordige 100 vluchtelingen op de parkeerplaats. Mannen, vrouwen, kleine kinderen. Daniel begint met het zingen van een gebed. De meeste Afrikanen zingen mee. We openen Gods woord bij Psalm 27 waarin David als vluchteling één begeerte heeft: om al de dagen van zijn leven in het huis van de HEERE te wonen. Hij eindigt met een raad: “Wacht op den HEERE, zijt sterk, en Hij zal uw hart versterken, ja, wacht op den HEERE.” Aandacht luisteren de mensen. Daniel spreekt met hen en beantwoordt vragen. Hij bestraft ook als zaken niet in de Bijbel staan. Gods Woord is het einde van alle tegenspraak. Hij sluit af met een indringend gebed.
De vluchtelingen krijgen of een stukje zeep, of shampoo. God wordt gedankt dat Hij dit in Zijn voorzienigheid geeft. We spreken nog met enkele jongens. Eén, Silvo, wil weten hoe hij zo snel mogelijk naar Nederland kan komen. Hij zit al 1 jaar en 8 maanden in het kamp en is er uitgekeken. Een andere jongen heeft een diepe vraag: zijn vader en moeder hebben hem verlaten omdat hij christen is geworden. Moet hij nu zijn vader en moeder ook definitief verlaten? John voelt zich als christen heel eenzaam. Hij vraagt of hij niet in contact kan komen met andere christenen, misschien in een ander kamp? Daniel geeft zijn mobiele nummer. Wie weet kan hij ook naar Palermo komen en zich bij hem voegen. We zien dat zijn werk er echt toe doet.
Vrijdag 2 maart
Onze laatste dag alweer. De dagen vliegen om. Vol indrukken. ’s Ochtends bezoeken we een kamp met vrouwen. Sommigen met een baby op de arm. Donkere oogjes kijken twinkelend de wereld in. Enig besef van wat hun moeder meegemaakt heeft, is er niet. Wat zal hun toekomst zijn?
Een vrouw komt binnen met een Bijbel in haar hand. Het is een editie van de Jehova’s getuigen. Daniel begint acuut haar te bestraffen. Deze is niet goed en de leer van de Jehova’s onbijbels. Zij geloven niet in de hel en legitimeren daarmee de zonden. Tevens ontkennen ze de Godheid van Christus. Wars van dwalingen wil Daniel zijn toehoorders funderen door Bijbelgetrouw onderricht te geven. Romeinen 12 klinkt in een soort binnenkomsthal, ook in gebruik voor dit soort bijeenkomsten. Vermaningen klinken om het lichaam te gebruiken om God te dienen en kwaad niet te vergelden maar te overwinnen door het goede. In rap tempo spreekt Daniel zijn toehoorders toe, beantwoordt vragen. Enig rumoer vindt hij niet erg. Een kind neemt hij ondertussen even op de arm, om het daarna bijna bij de verkeerde moeder terug te zetten. Je zult ook maar in het vuur van je verhaal zijn.
Zijn boodschap is helder. Velen noemen zich christen maar zijn het niet, omdat de vruchten er niet naar zijn. Pas door waarachtige wedergeboorte en geloof zijn deze in het leven aanwezig. Het gaat erom een echte Christen te zijn. Deze nieuwe natuur kan alleen God geven.
Op de terugweg stoppen we nog bij Valderici. Hier horen we het getuigenis van een moslim die middellijkerwijs door het werk van Voice of Hope Christen is geworden. Daniel vraagt hem: Bent u een waarachtige Christen? Kunt u vertellen hoe u tot Christus bent gekomen? Dat deze twee elkaar kennen en aan elkaar verbonden zijn, blijkt uit hoe ze met elkaar omgaan. Bemoedigend dat er vrucht is op het werk. Want ook hier geldt: het is een eenzame positie en de teleurstellingen zijn vele. Maar God gaat door met Zijn werk en bouwt ook op Sicilië Zijn Kerk. Gebed is nodig. Veel gebed. En zo is de week aan een eind gekomen. Vol indrukken. Er is veel werk te verrichten. We hebben gezien hoe helpend het is als er (geldelijke) middelen en materialen zijn. Kleding, Bijbels, een auto. Maar er wordt ook uitgezien naar mensen, naar arbeiders. Want er is nog zoveel werk te doen op Sicilië. Om de onbereikten te bereiken.